De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Maak een vogelvoermolen

Een voederplank in de tuin is gezellig. Met deze vogelvoermolen til je het bijvoeren naar een geheel nieuw niveau. Niet alleen de vogels zijn enthousiast over het bijvoeren, met deze bewegende molen is het voor de kijkers een waar spektakel in de tuin. In dit artikel vind je het filmpje, de benodigdheden, de werkbeschrijving en de werktekening  (klik op de tekeningen voor de pdf versie). Veel klus plezier!


Werktekening vogelvoermolen Landleven

Werktekening 1 vogelvoermolen


Werktekening vogelvoermolen Landleven

Werktekening 2 vogelvoermolen

Dit heb je nodig:

  • 1 x multiplex 61 x 122 cm, 9 mm
  • 1 x balkje (vuren geschaafd) 44 x 44 mm x 210 cm
  • 2 x wiel (rubberband met metalen velg en kogellager, 100 x 30 x 12 mm)
  • 1 x as: 12 mm, 50 cm lang
  • 1 x asdrager verzinkt 12 mm
  • 4 x slotbout M4 x 40 mm
  • 10 x slotbout M6 x 30 mm
  • 2 x slotbout M8 60 mm
  • 12 x M4 moer
  • 12 x M4 ring
  • 2 x stelringen 12 mm
  • 90 x koploze spijker 1,2 x 20 mm
  • 2 x vuren geschaafd 12 x 27 mm x 270 cm
  • 1 x vuren geschaafd 40 x 44 mm x 210 cm
  • 10 x schroefjes 3,5 x 30 mm
  • 4 x schroeven 6,0 x 120 mm zelfborend
  • 1 x lijnzaadolie
  • 1 x vogelvoer

En verder:

  • accuboor
  • decoupeerzaag
  • rolmaat
  • potlood
  • winkelhaak
  • hoekmeter
  • hamer
  • lijmklemmen
  • steeksleutel 8
  • dopsleutel 8
  • ringsleutel 13
  • inbussleutel
  • beitel
  • speedboor 14 mm
  • houtboor 2/4/6/7/8 mm

Zo ga je te werk:

Vijfhoek  
Een regelmatige vijfhoek heeft altijd vijf zijden die even lang zijn. U begint met op het stuk multiplex een rechte lijn van 13,5 centimeter te tekenen, zijde A. Precies in het midden van deze lijn op 6,75 centimeter tekent u een haakse loodlijn omhoog van 20,77 centimeter lang (B). Op het uiteinde van B tekent u aan beide kanten onder een hoek van 108 graden een rechte lijn naar links (C) en naar rechts (D), van 13,5 centimeter lang. Uw hoekmeter stelt u in op 126 of 54 graden. Vanaf het uiteinde van C kunt u nu lijn F tekenen die C en A met elkaar verbindt en als het goed is ook 13,5 centimeter lang is. Herhaal dit voor zijde E. Zaag de vijfhoek uit door met een decoupeerzaag langs zijde A, E en D, C en F te zagen.

Trommel
Langs loodlijn B tekent u op 9,29 centimeter een middelpunt. Teken door dit punt, haaks op B, een lijn met aan weerszijden op 1,9 centimeter vanaf B een markering. Boor op deze markeringen met een 4 millimeter houtboor twee gaatjes. Boor met een 2 milimeter houtboor een gaatje door het middelpunt. Boor vervolgens met een 14 millimeter speedboor door het centerpunt tot halverwege door de multiplex plaat. Draai de plaat om en boor vanaf de andere kant helemaal door het hout heen. Zo hebt u aan beide zijden een mooi snijvlak. Dit is vijfhoek H.
 
Vanaf de zijde waar u niet op hebt getekend, dit wordt de buitenzijde, duwt u twee M4 slotbouten door de 4 millimeter gaten. Vanaf de andere zijde doet u er eerst een ring op en dan een M4 moertje; dit draait u stevig vast zodat de slotbout in het hout wordt getrokken. Draai er vervolgens nog een moertje op en daar een ring bovenop. De moer stelt u zo af dat wanneer u de slotbout door een van de gaatjes in de velg van het wiel steekt, het wiel met het hart tegen het hout aan en evenwijdig (recht) aan het hout zit. Van bovenaf doet u er een M4 ringetje en een M4 moer op en zet u het wiel stevig vast. Dit doet u voor beide M4 boutjes. Controleer nogmaals of het wiel recht zit en vet de lager een beetje in; dit kan met elke soort olie of WD40. Dit is om te garanderen dat het rad soepel draait.
 
Voor vijfhoek I herhaalt u de bovengenoemde stappen, maar deze keer boort u geen 14 millimeter gat, dus uitsluitend de twee 4 millimeter gaatjes.
 
Zijkanten
Om I en H met elkaar te kunnen verbinden zaagt u uit het multiplex vijf rechthoeken van 12 bij 13,5 centimeter (J). Langs de korte zijde zaagt u onder een hoek van 54 graden beide kanten in de tegenovergestelde richting, zodat de onder- of binnenzijde een stuk korter is. Zet de vijf stukken J nu op hun kant en zet ze in een cirkel zodat de schuine zijden precies in elkaar vallen. Leg H hier boven op met het wiel naar beneden. Sla koploze spijkers (1,2 x 20) door H in J, drie spijkers per zijde.

Tip:

Wielen De wielen die we gebruiken als lager kunt u verkrijgen bij de betere bouwmarkt. Deze truc werkt alleen als er gaatjes in de velg zitten.

As
Voordat u ook I kunt monteren, maakt u eerst de as gereed. Steek de as door het wiel van I, schuif er een stelring overheen, trek de as iets terug zodat deze niet tegen het hout van I aan komt en zet de stelring vast met een inbussleutel. Schuif vervolgens nog een stelring over de as heen; deze komt straks tegen het andere wiel aan. Maak de afstand tussen de twee stelringen iets groter dan op het oog nodig is en draai de stelring lichtjes aan, zodat deze met wat kracht nog wel kan schuiven. Nu schuift u de as door het wiel van H heen en drukt u het tegen J aan. Als het goed is zitten beide stelringen nu tegen de twee wielen aan en kunt u de as wel rond draaien maar niet in en uit bewegen. Als het goed is kan de as gemakkelijk draaien; zo niet, dan haalt u I er weer af, de as eruit, schuift u de tweede stelring iets naar binnen en probeert u het nogmaals. Als het goed is zitten de stelringen net niet tegen elkaar aan. Vervolgens zet u beide stelringen stevig vast, zet u het weer in elkaar en spijkert u I aan J met koploze spijkers.
 
Armen 
Zaag tienmaal een lat van 12 x 27 millimeter en 50 centimeter lang (K). Eén zijde zaagt u onder een hoek van 72 graden. Aan deze kant boort u op 1,7 centimeter en 11,7 centimeter met een 3 millimeter houtboor een gaatje, over de breedte precies in het midden. Aan het andere uiteinde boort u met een 6 millimeter houtboor een gat op 1,5 centimeter vanaf de kopse kant, over de breedte wederom precies in het midden van K.
Leg de trommel nu met de as naar boven op de werktafel, leg tijdelijk één lat K op de trommel gelijk aan de zijkant. Neem de volgende lat K en leg deze met de schuine zijde tegen de vorige lat en schroef de tweede vast met twee schroeven (3,5 x 3) aan de trommel. De eerste lat K kunt u nu weghalen. Vervolgens pakt u de volgende lat K en legt deze met de schuine zijde tegen de lat K aan die u zojuist hebt vastgeschroefd. Herhaal dit voor alle zijden, draai de trommel om en doe ook de andere kant.
Steek nu door de gaten van K van buiten naar binnen de M6 slotbouten van 30 millimeter lang. Zet ze vast met een M6 ring en moer.
 
Bakjes
Uit de plaat multiplex zaagt u vijfmaal een rechthoek van 4 bij 10 centimeter, dit is de bodem (L). Zaag ook tienmaal een rechthoek van 10 bij 5 centimeter, dit is de zijkant (M). Teken vervolgens tienmaal een rechthoek van 12 bij 5,8 centimeter. Op 5 centimeter vanaf de onderzijde maakt u een markering. Aan de bovenzijde boort u op 1,5 centimeter vanaf de bovenzijde, en over de breedte precies in het midden, een gat van 7 millimeter. Nu gaat u een egale ronding aftekenen, die mooi rond het gat loopt en aansluit op de markering die u eerder op 5 centimeter vanaf de onderkant maakte. Het is de bedoeling dat de hals bovenaan 3 centimeter breed is. Zaag langs de rondingen met een decoupeerzaag uit. Dit zijn de kopse kanten (N) van de bakjes.
U kunt de bakjes nu monteren door een bodem L op zijn kant te zetten en daar een zijkant M tegenaan te spijkeren. Herhaal dit voor de andere zijkant. Vervolgens zet u dit op zijn kopse kant en kunt u N er bovenop spijkeren. Dit herhaalt u voor de andere zijde. Herhaal voorgaande stappen voor alle bakjes.

De bakjes kunt u vervolgens tussen de K in hangen, door ze iets uit elkaar te trekken zodat de uitstekende slotbouten in de 7 millimeter gaten van het bakje vallen.

Paal 
Zaag nu een balkje van 40 x 44 millimeter en 200 centimeter lang (O) en nog een balkje van 10 centimeter lang (P). Plaats de asdrager boven op P, netjes in het midden. Teken de gaten af op P en boor er 8 millimeter gaten in. Boor met een 6 millimeter boor vier gaten in P zodat u later P met vier schroeven van 6,0 x 120 aan O kunt vastschroeven. Druk van onderaf twee M8 slotbouten van 60 millimeter lang door de twee gaten in P. Waarschijnlijk moet u in O met een beitel inkepingen maken, zodat daar de koppen van de slotbouten in vallen om O en P goed op elkaar te laten aansluiten. Schroef P aan O met vier schroeven. Plaats de asdrager op P en zet deze vast met twee M8 ringen en moeren.
 
Plaatsen
Kies een plek waar u de vogelvoermolen goed kunt zien en waar de vogels er gemakkelijk op kunnen aanvliegen. Met een grondboor boort u een gat van tenminste 40 centimeter diep, daar zet u de paal (O) in en trap de grond rond de paal goed aan. Nu plaatst u de as in de asdrager en deze stelt u zo af dat er tussen de armen (K) van de molen en de paal (O) 2 centimeter ruimte zit zodat hij niet kan aanlopen. Met een sleutel 13 zet u de as vast.
U kunt ervoor kiezen om het uitstekende stuk as af te zagen, of om het te laten zitten zodat de vogels het kunnen gebruiken om op te landen. Doe vervolgens in elk bakje evenveel vogelvoer en wacht tot het feest begint. Misschien moeten de vogels wennen; houd daarom ruim voldoende afstand.


Nick van Zutphen

Timmerman Nick van Zutphen maakt stoere creaties voor Landleven, zoals een buitenkeuken, robuuste gereedschapskist of folietunnel.