In de oogsttijd haal je vaak meer groente uit de tuin en fruit van de bomen dan je zelf kunt eten of verwerken. Met deze prachtige oogstverkoopkast kun je je overvloed van het land delen en aanbieden langs de weg. Hoe u hem maakt, legt Landleven-timmerman Nick u uit.

Werktekening oogstverkoopkast

Dit heb je nodig:

• 10 x schaaflat (vuren) 7 x 44 mm x 240 cm
• 1 x balkje (vuren, geschaafd) 44 x 44 mm x 210 cm
• 3 x lat (vuren, geschaafd) 18 x 94 mm x 270 cm
• 64 x schroeven (3,5 x 20 mm rvs)
• 76 x schroeven (3,5 x 30 mm rvs)
• 12 x schroeven (3,5 x 40 mm rvs)
• 2 x bokwiel plaat 125 mm
• 8 x slotbout + moer m8 x 30 mm
• 1 x multiplex 5 mm x 122 x 61 cm
• 1 x schoolbordverf
• 1 x krijtstift (watervast)

En verder:

• rolmaat
• potlood
• zaag
• winkelhaak
• accuboor
• houtboor ø 2 mm
• houtboor ø 3 mm
• houtboor ø 8 mm
• lijmklemmen
• houtlijm
• beitel
• hamer

Zo ga je te werk:

Kratjes

Zaag viermaal een schaaflat van 38,4 centimeter lang (A). Zaag vervolgens een balkje van 71 centimeter, klem dit verticaal goed vast en zaag het met een handzaag over de lengte diagonaal door. Zaag van deze twee driehoekige balkjes 12 maal een stuk van 11,5 centimeter (B). Zaag ook viermaal een schaaflat van 50 centimeter (C).

Neem schaaflat A en boor met een 3 millimeter‑boor een gaatje aan beide uiteinden, over de breedte 1,7 centimeter vanaf de bovenzijde en op 1,5 centimeter van de kopse kant. Herhaal dit driemaal. Neem tweemaal een balkje B en leg A haaks op B gelijk aan de bovenkant. Verlijm A en B en schroef vast met één schroef (3,5 x 30). Doe dit nogmaals met een schaaflat A die je gelijk legt aan de onderkant van B. Herhaal dit voor de tegenoverstaande zijde van het kratje.

Zet beide zijden in de lengte op werktafel. Neem nu viermaal een schaaflat C en boor met een 3 millimeter‑boor aan beide uiteinden een gaatje over de breedte in het midden, op 2,1 centimeter vanaf de kopse kant. Leg C bovenop de twee rechtopstaande zijkanten van het krat, zorg dat C aan beide zijden over de kopse kant van A valt. Verlijm en schroef C aan B. Herhaal dit voor de overstaande zijde.

Leg het geheel nu plat op de werktafel. Zaag zesmaal een schaaflat van 50 centimeter (D). Neem tweemaal een schaaflat D en boor aan beide uiteinden over de breedte in het midden en op 2 centimeter vanaf de kopse kant een gaatje. Leg D in de lengte bovenop C, zorg dat D gelijk is aan C, verlijm met een heel dun lijntje lijm C en A met D en schroef D aan B. Boor over de lengte in D op 3,5 millimeter vanaf de zijkant met een 2 millimeter‑boortje een gaatje, en schroef D aan C met een schroef (3,5 x 20). Herhaal dit voor de overstaande zijde.

Neem nu viermaal een schaaflat D en boor aan beide uiteinden op 3,5 millimeter vanaf de kopse kant over de breedte in het midden een gaatje met een 2 millimeter‑boortje. Leg deze vier tussen de twee die u zojuist hebt vastgezet, met een tussenruimte van 2,7 centimeter. Verlijm D met A en schroef D aan A met een schroef (3,5 x 20).

Herhaal deze stappen voor de overige twee kratjes.

Staanders

Zaag viermaal een lat (18 x 94 mm) met een lengte van 135 centimeter (E). Zaag bij elke lat aan de bovenkant één hoek mooi rond. Zaag nu tweemaal een lat met een lengte van 31 centimeter; één uiteinde zaagt u onder een hoek van 30 graden (F). Leg tweemaal E op de werktafel, parallel aan elkaar met een tussenruimte van 1,8 centimeter, de twee afgeronde hoeken aan dezelfde kant en naar buiten gericht. Leg F nu boven op E, vlakaf met de onderkant van E. Zorg dat de rechte kopse kant van F gelijk is aan E, de schuine punt steekt uit. Verlijm E en F en schroef F vast aan E met twee schroeven (3,5 x 30) per E; voorboren met een 3 millimeter‑boortje. Zaag een stukje schaaflat van 9 centimeter lang (G), boor twee gaatjes voor en verlijm en schroef (3,5 x 20) deze aan E op 15 centimeter vanaf de bovenzijde van E. Dit is tevens het steuntje waar later het bord op rust. Herhaal dit voor de andere zijde en let op dat u deze in spiegelbeeld maakt, zodat F straks aan beide kanten aan de binnenzijde zit.

Montage

Leg één staander vlak op de werktafel; leg het eerste kratje op zijn kant boven op E onder een hoek van 30 graden. Zorg dat het kratje net niet tegen F aan komt en dat de onderzijde van de onderste schaaflat A kruist met de voorzijde van E op 14,5 centimeter vanaf de onderkant van E. Het tweede kratje kruist op 54,4 en het derde op 94,5 centimeter. Schroef elk kratje met drie schroeven (3,5 x 20) aan E, twee in de onderste A en één in de bovenste. Als je alle kratjes vast hebt, draai je het geheel op de andere zijde en schroef je bij elke krat de achterste E aan B met een schroef (3,5 x 40). Herhaal dit voor de andere zijde.

Wielen

Zaag een lat van 54 centimeter lang (H). Boor met een 3 millimeter‑boor aan beide kopse kanten drie gaten, de twee buitenste op 9 millimeter van de kopse kant en de middelste op 27 millimeter. Lijm en schroef H aan E en F met zes schroeven (3,5 x 40). Plaats de bokwielen tegen H op vier centimeter vanaf de kopse kant, teken de gaten af, boor met een 8 millimeter‑boor per wiel vier gaten en zet de wielen vast met vier slotbouten.

Handvatten

Zaag een lat van 51 centimeter (I). Teken op 18 centimeter vanaf de kopse kant een lijn onder een hoek van 45 graden. Teken vervolgens een haakse lijn, over de lengte op 5 centimeter vanaf de zijkant tot waar hij de andere lijn kruist. Teken er een egale ronding in en zaag de lijn uit. Gebruik een beitel en een hamer om de contouren van het handvat af te ronden en gebruik schuurpapier om het geheel te polijsten. Leg het handvat parallel tegen de onderkant van het bovenste kratje en schroef het met twee schroeven (3,5 x 30) vast aan E. Herhaal dit voor het andere handvat.

Bord

Zaag een stuk multiplex (5 mm) van 57 x 45 centimeter (J). Zaag een lat van 57 centimeter en zaag deze over de lengte doormidden; zaag beide uiteinden onder een hoek van 45 graden (L). Herhaal dit voor een lat van 42 centimeter lang (K). Verlijm K en L op de schuine vlakken en zet ze vast met een schroef (3,5 x 30); voorboren met een 3 millimeter‑boor. Leg dit frame bovenop J, teken de contouren af op J en schilder J binnen deze contouren zwart met schoolbordverf. Laat de verf opdrogen en verlijm en schroef J aan K en L met drie schroeven (3,5 x 20) per zijde; voorboren met een 2 millimeter‑boor. Schuif het bord tussen E en klaar is Kees.

Nicks tips:

Voorboren

Om twee houten delen steviger met elkaar te verbinden boort u één deel voor. Zo heeft de schroef op het eerste deel geen grip en trekt hij bij het schroeven de twee aan elkaar vast.

Lijmen

Gebruik precies zoveel lijm dat er geen lijm tussen de verbindingen uitknijpt. Te veel gebruikt? Haal het dan direct weg met een natte doek.

Watervast

Gebruik een watervaste krijtstift om uw bord mee te beschrijven, dan kan de regen geen roet in uw eten gooien. Schrijf groot zodat het van een afstand duidelijk te lezen is.