Kleinste waakvriend op het erf: de teckel

De teckel is een hondenras uit Duitsland, heeft een alerte houding en daarnaast een langgerekte rug met korte pootjes. Zijn alertheid, moedige houding en de korte pootjes kwamen vooral vroeger goed van pas tijdens de jacht op vossen en dassen. Daarom wordt dit eigenwijze beestje ook wel ‘dashond’ genoemd.

Gezelschapshond

In 1839 bracht Queen Victoria een teckel mee naar Engeland. Vanaf dat moment werd de vrolijke teckel steeds meer gezien als gezelschapshond. Ook in Nederland wordt dit hondenras vandaag de dag steeds populairder als familiehond. Teckels zijn intelligent, nieuwsgierig en zitten vol energie. Daarnaast zijn ze erg aanhankelijk aan hun baasje. Tijd met het baasje is dan ook het liefste wat ze doen.

De teckel kent drie vachtsoorten: kortharig, langharig en ruwharig. Per vachtsoort zitten er verschillen in het karakter van de teckel. Zo is de langharige teckel het zachtst van de drie, de kortharige teckel heeft een gemiddeld karaktertje en de ruwharige variant is het felst van de drie. Er zijn drie verschillende formaten. Kaninchen is de kleinste teckelsoort, oorspronkelijk gefokt voor de jacht op konijnen, daarna komt de dwergteckel en als laatste komt de standaardteckel. De levensverwachting ligt tussen de twaalf en zestien jaar.

Met een teckel hoef je niet bang te zijn voor vreemden op je erf. De hond is waaks en gericht naar zijn gezin toe. Bij het minste geringste slaat de teckel aan. Een deurbel is bijna niet meer nodig, gezien het aantal decibel wat uit dat kleine lichaam komt.

Op jacht

De teckel wordt tegenwoordig ook nog ingezet voor jaagwerk, zoals zweetwerk, maar bijvoorbeeld ook voor het drijven van vossen uit hun bouw. Het eigenwijze karakter komt voornamelijk door het felle jachtinstinct. Ook al jaag je niet met je hondje, een hond los laten lopen blijft een risico. Ze kunnen zo ineens een geur opvangen van een dier en er vandoor gaan.

Voor diegene die juist wil oefenen met het jachtinstinct van hun teckel bestaan er tegenwoordig ook jachtworkshops.

Bewegen

Een vrolijke hond, met een eigenwijs karakter, zo zou je de teckel het beste kunnen omschrijven. Ze zijn een meester in zielig kijken, om toch nog even dat laatste plakje worst van je te krijgen. Het is daarom belangrijk om stevig in je schoenen te kunnen staan tijdens het opvoeden, want anders neemt het beestje een loopje met je.

En over een loopje gesproken, de teckel gaat graag met je mee op avontuur. Niet alleen omdat ze aanhankelijk zijn, maar ook omdat ze het heerlijk vinden overal aan te kunnen ruiken. Wandelen in het bos of op de hei maakt het hondje dan ook extra enthousiast, behalve als het regent. Dan ligt de teckel het liefst in een zelfgemaakt holletje van warme dekentjes op de bank of in de mand? Nat worden? Bah echt niet! Je hoort het ze bijna zeggen.

Bovenal is de teckel een gezellige en vooral grappige hond, die zeker een leuke extra toevoeging is aan je gezin. Of je nu aan het werk bent op het land, tuiniert of gewoon geniet van de rust en stilte, een teckel zal altijd in de buurt zijn om je gezelschap te houden.