Arretjescake
Arretjescake was in de jaren 50 zeer populair. Het was makkelijk thuis te maken (er is geen oven voor nodig) waardoor de cake de bijnaam ‘bakkerverdriet’ kreeg. Maar nu nog steeds is arretjescake een heerlijke zoetigheid. Pak de chocolade maar uit de kast, en maken maar!
Bereidingstijd: 30 min.
Dit heb je nodig
- 400 g mariakoekjes
- 500 g boter (of plantaardige margarine)
- 500 g bruine basterdsuiker
- 2 zakjes vanillesuiker
- 100 g cacao
- 2 eieren
- 10 g poedersuiker ter garnering
Zo ga je te werk
Deze hoeveelheden zijn genoeg voor een braadslede. Gebruikt je een cakeblik, halveer dan de hoeveelheden.
- Verbrokkel de koekjes in fijne stukjes. Een handig trucje is om de koekjes in de verpakking te laten zitten en er met een deegroller op te slaan.
- Smelt de boter op een laag vuur, maar laat hem niet bruin worden.
- Laat wat afkoelen.
- Meng nu alle ingrediënten (behalve de poedersuiker) stevig door de gesmolten boter.
- Bekleed een braadslee met bakpapier en giet de massa in de braadslee.
- Strijk de massa glad en laat de arretjescake afgedekt een nacht opstijven in de koelkast.
- Snijd de cake met een warm, scherp mes in mooie gelijkmatige blokjes.
- Bestrooi vlak voor het serveren met poedersuiker.
Klaske werkt al vele jaren met plezier voor het tijdschrift Landleven. Als culinair redacteur schrijft ze verhalen en ontwikkelt ze recepten. Ze kookt, proeft, kookt nog eens en schrijft de recepten daarna zo smakelijk (en nauwkeurig!) mogelijk op. De ingrediënten komen altijd uit het seizoen, het liefst uit haar eigen moestuin. Inmaken, jam en sap koken en wecken zijn haar passie. Ze is tevens moeder van drie kinderen.