Knottips

10 knottips

1. Knot niet als het meer dan vijf graden vriest, om vorstschade aan de snoeiwond te voorkomen.
2. Let op veiligheid: zorg ervoor dat vallende takken geen schade veroorzaken.
3. Snoei of zaag eerst eventuele takken onder de knot weg.
4. Snoei of zaag de takken terug tot aan de knot, maar beschadig niet het verdikte gedeelte waar de tak begint.
5. Snoei dikke takken in etappes weg, zodat de tak iets afscheurt.
6. Zorg dat het wondoppervlak zo klein mogelijk is en iets afloopt, zodat het regenwater er niet in blijft staan.
7. Snoei jonge vormbomen niet te vroeg na aanplant, want ze hebben de suikers uit het blad hard nodig. Knip alleen de eenjarige twijgen weg, en nooit houtige takken.
8. Naast de bekende gewone wilg zijn er nog meer geschikte knotkandidaten: de gewone of zwarte els, de gewone es, de witte moerbei, de gewone plantaan en de winterlinde.
9. Acer-, betula- en carpinussoorten knot je in juli en augustus, vanwege de sterke sapstromen in het voorjaar.
10. Sommige oudere bomen worden om het jaar of zelfs met grotere tussenpozen geknot om hun conditie goed te houden.