Gedrag van geiten

Geiten zijn soms rare beesten. Ze springen, ze spelen en zijn heel kieskeurig met wat ze eten. En al dat gemekker geeft ook weinig duidelijkheid. Daarom is het handig om te weten, voordat je ze aanschaft, wat het gedrag is van deze dieren.
 

Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met het landelijk kennisnetwerk Levende Have.

Een geit is een echt kuddedier. Een eenzame geit is bijna altijd ongelukkig en zal dat laten weten ook door luid gemekker. Geiten waren vroeger trekdieren. Ze overbrugde met grote groepen geiten, en ook met de mens, enorme afstanden. Daardoor zijn ze nu nog steeds een kuddedier.

Enorm slimme beesten

De zintuigen van geiten zijn uitstekend. Ze hebben een scherp gehoor, kunnen enorm goed zien en hebben een goed ontwikkelde smaak en geur. Het zijn extreem nieuwsgierige beestjes en onderzoeken alles. Ze spelen daardoor ook graag en klimmen wat af.  De geit kan zelfs net zo goed communiceren met de mens als bijvoorbeeld paarden en honden. Ze maken hiervoor gebruik van oogcontact. Als er iets mis is met de geit zullen ze naar hun verzorger kijken.
 

Mekkerende geiten

Geiten kunnen enorm goed mekkeren of blèren. En soms nog hard ook. Geiten mekkeren als ze om de een of andere reden aandacht willen. Het kan voortkomen uit een herhalingsproces. Als de geiten gewend zijn om eten te krijgen als ze mekkeren, zullen ze dat vaker gaan doen. Dit conditioneringsgedrag wordt dan opgewekt zodra ze jou zien of horen.

Dit is te voorkomen door een strak voerschema te hanteren. Voer de geiten alleen s ’avonds bij. Hierdoor voorkom je dat de geiten de hele dag aan het hek staan te mekkeren. Zorg ook voor genoeg afleiding voor de geiten. Geef ze wat te doen en zet speelobjecten neer in de wei. 
 

Graasgedrag

Geiten eten veel, het aanbod moet daardoor groot zijn. De dieren moeten kunnen eten van verschillende planten (bomen, kruiden en grassen). Veel mensen denken dat geiten in een grasweiland, met alleen gras, moeten staan. Dat is helemaal niet zo. Geiten zijn dol op verwilderde terreinen met brandnetels en distels. Ook zijn ze gek op houtachtig voedsel, denk hierbij aan takken, boombasten en struiken. Vooral in de voorjaarsperiode piekt deze houtgekte. Gooi dus in die periode wat extra wilgentakken of takken van de hazelaar in de wei.