Ouderwetse kippensoep
Een recept om zelf een grote pan langzaam getrokken kippensoep te maken! Deze soep blijft ouderwets lekker en kan echt iedereen maken.
Vroeger stond de pan soep uren te pruttelen op het petroleumstel, maar op een modern fornuis wordt hij net zo lekker. ‘Slow cooking’ is immers een moderne term voor niets anders dan koken zoals vroeger, langzaam, met geduld en een heerlijk eindresultaat. En natuurlijk verse ingrediënten uit de streek of zelfs eigen land. Zo maak je deze kippensoep.
Bereidingstijd: 2,5 uur
Dit heb je nodig:
- 2 l water
- 2 kippenbouten (ongeveer 800 g)
- 1 ui
- 1 prei
- 2 stengels bleekselderij
- 1 winterwortel
- 1 stukje foelie
- 2 laurierblaadjes
- 6 zwarte peperkorrels
- wat zout
- 1 handjevol vermicelli
- wat verse peterselie, fijngesneden
Zo maak je de ouderwetse kippensoep:
- Doe het water met de kippenbouten in een grote pan en breng het aan de kook.
- Maak de groentes schoon en snijd ze in stukjes.
- Voeg de groentes en de specerijen toe en breng opnieuw aan de kook.
- Zet de pan met soep vervolgens op een laag vuurtje.
- Laat het zo enkele uren zachtjes pruttelen.
- Haal de kippenbouten uit de soep en haal het vlees van de botten.
- Trek het vlees in kleinere stukjes en doe het weer terug in de pan.
- Voeg nu ook de vermicelli en de peterselie toe en laat de soep nog een kwartiertje doorpruttelen.
Je kunt deze ouderwetse kippensoep meteen eten, maar de volgende dag is hij is meestal nog lekkerder. Als je nog een petroleumstel hebt dan is dit superhandig om de kippensoep op te maken. Je vindt ze ook wel op rommelmarkten en ze werken prima op lampenolie. Je kunt de soep ook langzaam garen op een vlamverdeler, zo’n zwart, rond plaatje voor op het gasfornuis.
Meer kippensoep?
Probeer dan eens dit recept voor makkelijke kippensoep. Deze soep is lekker hartig, zit vol groentes en ligt niet zwaar op de maag. Wil je het jezelf helemaal makkelijk maken? Gebruik dan een zak grof gesneden soepgroentes in plaats van de hier genoemde groentes.
Klaske werkt al vele jaren met plezier voor het tijdschrift Landleven. Als culinair redacteur schrijft ze verhalen en ontwikkelt ze recepten. Ze kookt, proeft, kookt nog eens en schrijft de recepten daarna zo smakelijk (en nauwkeurig!) mogelijk op. De ingrediënten komen altijd uit het seizoen, het liefst uit haar eigen moestuin. Inmaken, jam en sap koken en wecken zijn haar passie. Ze is tevens moeder van drie kinderen.