7 tips voor meer vogels in de tuin
Vogels zijn niet alleen leuk om in de tuin te hebben, maar ook nuttig. Ze eten slakken en insecten en voorkomen daarmee plagen. Met deze tips van de Vogelbescherming en Tuinbranche Nederland lok je meer vogels naar je tuin.
- Zorg voor een gevarieerde begroeiing, met bomen, hagen en heesters. Bijvoorbeeld (sier-)appelboompjes, vuurdoorn, bottelrozen, krentenboompjes en dwergmispel.
- Maak een broedplaats, bijvoorbeeld dit theepotvogelhuisje.
- Plant hagen en zorg dat die lekker dichtbegroeid zijn. Dat bereik je door vanaf het begin goed te snoeien. Meidoorn en liguster zijn goede vogelhagen omdat ze lekker ruig zijn en bessen dragen.
- Klimop is fijn voor zangvogels als merels, vinken, winterkoninkjes en mezen.
- Maak een voerplek met zaad en appelstukjes (ook klokhuizen en schillen). Ververs het voer regelmatig. Een versiering voor je tuin is een feestelijke, zelfgemaakte vogelvoertaart.
- Voeg aan drinkwater een beetje suiker toe. Dat voorkomt bevriezing en geeft extra energie.
- Leuk: bekijk welke vogels je hebt aangetrokken met deze handige vogelzoekkaart. Op de website van de Vogelbescherming vind je nog veel meer informatie.