Schaatsen leren slijpen van topschaatser

Schaatsen leren slijpen van topschaatser

Wie eenmaal heeft geleerd zelf zijn schaatsen te slijpen, wil daarna niet anders meer. Zelf slijpen vergroot de band met de schaats en geeft veel voldoening: het resultaat is immers direct merkbaar op het ijs. Topschaatser Arjan Mombarg leert het je.

Achterhoeker Arjan Mombarg is een bekendheid in de schaatswereld. Zijn meest tot de verbeelding sprekende prestaties op het ijs zijn het winnen van de Weissensee-cup bij de heren in 2006 en de derde plaats bij het Open Nederlands Kampioenschap op natuurijs het jaar daarvoor. Arjan Mombarg heeft met een compagnon een schaats- en skeelerzaak in Vorden. Meer info: www.free-wheel.nl. Hier vind je zijn tips.

Benodigdheden

  • stevige werktafel
  • slijptafel. Kies bij voorkeur een brede, deze is stabiel en heeft ruimte voor harde schoenen. De schoenen mogen elkaar in de slijptafel niet raken omdat de schaatsen daardoor mogelijk niet meer haaks in de slijptafel zitten.
  • slijpsteen met grove en fijne kant
  • polijststeen of polijstdriehoek
  • braamsteentje
  • slijpcrème of slijpemulsie

Stap voor stap
Voorbereidingen

  1. Zet de slijptafel op een stabiele ondergrond, dat kan een stevige tafel zijn of de vloer. Kies voor een lichte plek en zet de slijptafel indien gewenst met een paar lijmklemmen vast.
  2. Schroef de twee aanslagblokjes op de slijptafel.
  3. Plaats de schaatsen in de slijptafel en zorg er daarbij voor dat de ijzers overal de aanslagblokjes raken. De achterzijden van de ijzers moeten gelijk liggen met de rand van de slijptafel.
  4. Draai de schaatsen goed vast en controleer nogmaals of de schaatsen in hoogte en lengte gelijk zijn ingeklemd. Verwijder daarna de aanslagblokjes.
  5. Nu kan met slijpen worden begonnen. Dit kan zowel nat als droog gebeuren. Bij de natte methode wordt de steen bewaard in een bakje water waaraan slijpemulsie is toegevoegd. De steen kan zo uit het water worden gebruikt en er naderhand in terug worden gedaan. Het voordeel van deze methode is dat de steen open blijft. Bij de droge methode gaat het slijpsel in de poriën van de slijpsteen zitten. Wat ook kan is nat slijpen met olie of een ander vettig product. Arjan gebruikt graag WD-40 (kruipolie). Een nieuwe slijpsteen doordrenkt hij met de substantie door er een kwart spuitbus op uit te sprayen. Daarna kun je een hele tijd vooruit.

Slijpen

  1. De slijpsteen heeft een grove en een fijne kant. Je begint met de grove kant. Beweeg de steen over de volle lengte van de ijzers met lange halen heen en weer. Probeer daarbij het hele ijzer evenveel druk te geven. Doe dit enigszins diagonaal om een zo groot mogelijk oppervlak van de steen te gebruiken. Wissel de beweging van linksonder naar rechtsboven af met die van rechtsonder naar linksboven. Hierdoor slijt de slijpsteen gelijkmatig. Soms wordt geadviseerd met kleine korte bewegingen te slijpen, maar voor de hobbyist is die methode minder geschikt. Het risico bestaat dat er plaatselijk meer materiaal wordt weggeslepen.
  2. Maak de laatste slagen in de lengterichting van de ijzers, zodat de slijpgroeven recht over het oppervlak komen te lopen. Beweeg de slijpsteen sowieso nooit dwars op het ijzer, dat geeft storende krassen in de breedte.
  3. Slijp door totdat de hele schaats scherp is. Check dit door met de vinger te voelen of er aan beide zijden over de volle lengte een braampje ontstaan is. Ga daarvoor met de vingertop of de nagel langs de zijkant van het ijzer. Wanneer u weerstand voelt of een tikje hoort, duidt dat op een braam. Is er een deel van het ijzer dat langer bot blijft, doordat er kennelijk een beschadiging was, ga daar dan niet extra intensief slijpen, maar blijf het hele ijzer bewerken. Door lokaal extra te slijpen maakt u het ijzer hol.
  4. Haal af en toe met een doek of kwast het slijpsel weg om goed te kunnen zien wat er gebeurt.
  5. Draai na verloop van tijd de slijptafel om, of ga aan de andere kant staan. Hierdoor zal de druk en daarmee het resultaat van het slijpen overal ongeveer hetzelfde zijn. Doe dit zowel bij het slijpen met de grove kant als bij het slijpen met de fijne kant. Lastig? Wissel dan per slijpbeurt af en noteer wanneer je in welke richting hebt gewerkt.
  6. Na het slijpen met de grove zijde moeten met een braamsteentje de braampjes worden verwijderd. Doe dit door het steentje langs de beide zijden van het ijzer, met steun van de slijptafel, naar voren en naar achteren te bewegen. De slijptafel kan daartegen, slijt er zelf niet van.Slijp de ijzers hierna op dezelfde wijze nog een keer, maar dan met de fijne zijde van de slijpsteen. Aan het geluid is te horen dat deze zijde minder materiaal wegslijpt. Geef niet te veel druk en herhaal na het slijpen de behandeling met het braamsteentje.
  7. Voor recreatief gebruik en trainingssituaties zijn de ijzers nu voldoende geslepen. Wie het onderste uit de kan wil of wedstrijden rijdt, kan de ijzers met een polijststeen, stuk marmer of polijstdriehoek nabewerken. Dit gaat hetzelfde als het slijpen, alleen wordt de ‘steen’ nu uitsluitend recht over het glijvlak heen en weer bewogen.

Resultaat

Controleer het resultaat door met het topje van de vinger een paar keer over het ijzer te gaan. Aan een goed geslepen en afgebraamde schaats snijdt u zich niet. Door vervolgens op meerdere plaatsen een nagel over het snijvlak te halen, kun je de werkelijke scherpte beoordelen: een scherp ijzer schaaft krulletjes van de nagel. Bekijk tenslotte het resultaat met het oog. Door in de lengte over het glijvlak te kijken, en het licht erop te laten spiegelen, kun je eventuele oneffenheden opsporen. Als het goed is, spiegelt het ijzer overal evenveel.

“Schaatsen slijpen kan iedereen leren”, zegt Arjan Mombarg. – Foto: Arjan Wijnstra