Houthok

Houthok

Timmerman Wim te Kulve maakte een handig houthokje om tegen het huis vlak bij de deur te plaatsen. Er gaan twee rijen blokken in, de weekvoorraad in een beetje winter. Een handige klusser maakt het hokje na en Landleven helpt daarbij.

Wie regelmatig de houtkachel aan heeft, verbruikt gauw een paar kuub brandhout per jaar. Dat hout moet in de regel eerst een jaar drogen en in ieder geval een droog onderkomen hebben. Een flink houthok is dan de aangewezen oplossing. Maar in veel gevallen is er een flinke afstand tussen kachel en houthok. Eventjes een paar extra blokken halen is in guur winterweer een minder prettige bezigheid. Tenzij u alvast een voorraadje dicht bij de deur hebt opgestapeld in een handig houthokje. Landleven-timmerman Wim te Kulve maakte een authentiek en fraai hokje met pen-en-gatverbindingen en oud-Hollandse dakpannen.

Download de werktekening

  1. De maat van de dakpannen is voor een deel bepalend voor de breedte en diepte van het hokje. Tip: zoek eerst twaalf mooie pannen bij elkaar en meet ze op. Aan de hand daarvan kunt u het hokje eventueel een paar centimeter breder of dieper maken dan in onze werkbeschrijving. De pannen in ons geval zijn 35 x 23 centimeter. De afstand tussen de nokken waarmee de pannen op de panlatten liggen is bovendien bepalend voor de afstand tussen de panlatten onderling. In ons voorbeeld ligt de rand van de nok 3 cm onder de rand van de pan.
  2. Voor wat betreft de balken is er totaal 13,28 meter nodig van 8 x 8 centimeter.
  3. In het geval van de twee balken E heeft Wim ervoor gekozen om een standaardbalk van 8 x 8 middendoor te zagen, zodat het hokje er minder massief uitziet. De ene helft is links te gebruiken, de andere helft rechts. De balken B zijn eveneens dunner gezaagd (5 centimeter), maar niet gehalveerd omdat er iets meer dikte moest overblijven om de pennen van balk J te kunnen bergen. Een creatief mens maakt van wat er overblijft na het zagen van B de, in dat geval één centimeter smallere, plankjes voor het dak.
  4. Fase 2 is het maken van de pennen en gaten. De lengtes van de pennen zijn een aandachtspunt, want die mogen elkaar niet raken wanneer ze tegenover elkaar in een balk worden gestoken. Begin met het aftekenen van de gaten en boor aan de binnenzijde van de potloodstreep vier gaatjes zo diep als de pen lang is. Door met een houtbeitel schuin weg te steken hakt u wigje voor wigje of krul voor krul weg. Eventueel boort u wat extra gaatjes. Wim tipt bovendien: maak de gaten waar een spie door gaat ‘op trek’, dat wil zeggen laat het gat een paar millimeter doorlopen in de balk waar de spie doorheen steekt. Het maken van de pennen kan met de zaag.
  5. Alle balken van ons hokje zijn een beetje gedisseld. Wim heeft met een oud hakbijltje de scherpe randen van de balkjes afgehakt. Dat is niet al te strak gebeurd waardoor het eindresultaat er robuuster of authentieker uit ziet.
  6. De volgende stap voor het bouwen van het hokje is het in elkaar zetten. Te beginnen met de twee zijkanten. Het maakt niet uit of u eerst de voor- en achterkant in elkaar zet en dan het middenstuk, of eerst de twee zijkanten. Alles wordt los in elkaar gestoken en met een spie of pen vastgeslagen. Hier en daar, met name bij de pennen aan de onderzijde, kan er een lik houtlijm op om de constructie steviger te maken.
  7. Het dakje komt als laatste. In ons voorbeeld zijn er alleen schroeven gebruikt voor het dakje en de panlatten. Gebruikt u eikenhout, dan moet u schroefgaten voorboren. Voor de windveren is lariks gebruikt, maar het kan ook met het duurzamere red cedar. In principe kunt u een volle lengte van 3 meter en 16 centimeter breed kopen.

Zet de windveren goed in de verf. De rest van het hokje is in ons geval behandeld met bruinoleum voor het kleurtje. Dat hoeft niet: het eiken kleurt zonder behandeling grijs.

Legenda voor bij de tekening:
A – 2 staanders voor 8 x 8 x 152 cm
B – 2 staanders achter 8 x 5 x 165 cm
C – bovenste steunbalk voorzijde 8 x 8 x 116 cm