Witte speculaas
Bruine speculaas kent iedereen wel. Maar heb je ook weleens gehoord van witte speculaas? Daarvoor laat je de traditionele specerijen achterwege en gebruik je alleen versgeraspte nootmuskaat. Het resultaat is een prachtig blond speculaasje.
Dit heb je nodig voor witte speculaas:
- 225 g roomboter, op kamertemperatuur
- 150 g witte basterdsuiker
- 150 g lichtbruine basterdsuiker
- 5 g zout
- 45 ml karnemelk
- 500 g bloem (liefst Zeeuwse bloem)
- 20 g bakpoeder
- 1 tl versgeraspte nootmuskaat
Zo maak je witte speculaas:
1. Meng de boter met de suiker en het zout in een kom.
2. Voeg de karnemelk toe en kneed tot een homogeen mengsel.
3. Zeef de bloem, het bakpoeder en de nootmuskaat erboven en roer tot een mooi deeg.
4. Maak een bol van het deeg en wikkel het in huishoudfolie.
5. Laat het een dag of twee rusten in de koelkast.
6. Haal het deeg een uur van tevoren uit de koelkast.
7. Snijd het in vier delen. Werk met één deel en houd de rest koel.
8. Kneed het stuk deeg waar u mee werkt licht door tot het soepel is. Vorm er met behulp van een speculaasplank mooie vormpjes van. Ga door met de overige stukken deeg.
9. Leg de koekjes op een met bakpapier beklede bakplaat en bak ze in een op 150 graden voorverwarmde oven in dertig minuten mooi lichtgoud.
10. Laat de koekjes afkoelen en hard worden op een koekjesrooster. Geniet van je witte speculaas!
Speculaasrecept
Klaske Bakker: “Het recept van deze speculaasjes is gebaseerd op het speculaasrecept van Cees Holtkamp, de bekende banketbakker uit Amsterdam. Er wordt vrij veel bakpoeder gebruikt, maar omdat je karnemelk gebruikt, proef je het bakpoeder niet. Doordat de traditionele speculaaskruiden zijn vervangen door alleen nootmuskaat, blijft de smaak en ook de kleur milder.”
Extra tips?
Culinair redacteur Klaske Bakker deelt in Landleven november haar beste tips om de beste speculaasjes te bakken. Ook ontdek je welke plank het beste geschikt is. Landleven november bestel je hier.
Klaske werkt al vele jaren met plezier voor het tijdschrift Landleven. Als culinair redacteur schrijft ze verhalen en ontwikkelt ze recepten. Ze kookt, proeft, kookt nog eens en schrijft de recepten daarna zo smakelijk (en nauwkeurig!) mogelijk op. De ingrediënten komen altijd uit het seizoen, het liefst uit haar eigen moestuin. Inmaken, jam en sap koken en wecken zijn haar passie. Ze is tevens moeder van drie kinderen.